Kun je dan toch zelf beslissen wanneer je gaat? Dit vraag ik mij af na het telefoontje met iemand van moeders afdeling. Vanochtend had ik prachtige zinnen in mijn hoofd voor een afscheidsgedicht. Nu zet ik die voorlopig in de ijskast.
Vorig jaar april kwam het coronavirus. Wij dochters zaten aan bed om afscheid te nemen en volgden de onregelmatige ademhaling die bij het stervensproces hoort. Wij dachten drie keer scheepsrecht. Al twee keer eerder namen wij afscheid. Mijn moeders ogen stonden leeg. Haar ziel was al op reis. Dit werd bevestigd door de boodschap die ik kreeg uit het universum. Personeel nam afscheid en lieve woorden werden gezegd. De volgende dag had ma weer praatjes.
Zoals ieder winter ook nu weer tijd voor het norovirus. Als ze dit krijgt, gaat ze het niet overleven, denk ik als de aankondiging van noro lees in de mail. In de rapportage worden bij ma de symptomen vermeld die bij dit virus horen. Dan de kweekuitslag: ja hoor, bingo. Positief getest. Gezien ma’s zeer zwakke gestel na corona, wordt er geen positief verloop verwacht. Ik zie mij een van de komende dagen weer afreizen naar Nederland.
Vannacht was het druk in mijn slaapkamer: paarse bollen, wit licht, schimmen, schaduwen van gezichten. Ik herken het en weet dat spirits uit het hiernamaals bij mij aanwezig zijn. Mijn moeders plaats daar wordt alweer voorbereid. Dan hoor ik luid en duidelijk de stem van mijn moeder: ‘Doe maar rustig aan meis.’ Ik begrijp hieruit dat ze niet op stel en sprong de overstap maakt. Het is vredig in mijn slaapkamer. Het lijken minuten, maar uren houden ze mij wakker. Rond een uur of vier val ik eindelijk in slaap.
Vandaag blijkt ma weer aardig opgeknapt. Geen reden tot paniek en al helemaal niet tot waken of iets van dien aard. Ik zie het lachende gezicht van mijn moeder voor me. Heeft ze haar engelen vannacht dan weer weggestuurd? Voor de vierde keer? Het begint er verdacht veel op te lijken. Leven en dood, leven na de dood: mysterieus, ongrijpbaar en dan toch zelf te sturen?
Reactie plaatsen
Reacties